Volkskrant: Q-koorts in Gelderland: hoe groot is het risico voor de mens?
Voor het eerst sinds 2016 is in Nederland Q-koorts aangetroffen bij Nederlandse melkgeiten en melkschapen. De bacterie besmette in het verleden duizenden Nederlanders, van wie een deel jaren later nog worstelt met de medische nasleep.
Door Tonie Mudde
Waar is de Q-koorts aangetroffen?
Bij een melkschapenbedrijf in het Gelderse Brakel, met momenteel 83 volwassen dieren en 45 lammeren, ontdekten onderzoekers de besmetting met Q-koorts in de melk. Dit gebeurde in het kader van een landelijk monitoringsprogramma, meldt het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Q-koorts is een zogeheten zoönose, een infectieziekte die van dier op mens kan overspringen.
Q-koorts ontstaat door Coxiella burnetii, een bacterie die bij veel diersoorten kan voorkomen en doorgaans tot weinig problemen leidt. Bij schapen en geiten kan de bacterie een abortus veroorzaken, waarbij een grote dosis bacteriën vrijkomt. Die kunnen vervolgens ook mensen ziek maken.
Hoe konden de dieren besmet raken?
Bedrijven met meer dan vijftig schapen of geiten, en bedrijven met een ‘publieksfunctie’ zoals een kinderboerderij, zijn verplicht hun schapen te vaccineren tegen de Q-koorts. Op het bedrijf in Brakel liepen 25 jonge, niet-gevaccineerde dieren rond die wel al melk gaven. Experts vermoeden dat de besmettingsbron bij deze dieren zit.
Hoe groot is het risico voor de volksgezondheid?
Het RIVM schat dat risico laag in, onder meer omdat er geen abortussen bij de dieren zijn gezien en omdat een deel van de dieren wél ingeënt is. Overigens kunnen ook bij de geboorte van een gezond lammetje uit een besmette ooi bacteriën vrijkomen in de omgeving. De zes drachtige schapen worden geruimd om het risico verder te beperken. De schapenhouder krijgt mogelijk een boete als blijkt dat sommige dieren niet bijtijds gevaccineerd zijn. Zijn personeel gaat persoonlijke beschermingsmiddelen dragen. Zwangere vrouwen mogen op het bedrijf de komende tijd niet in de buurt komen van de schapen.
‘Hoe dichter bij de bron, hoe groter het risico op besmetting’, zegt Chantal Rovers, hoogleraar uitbraken van infectieziekten aan Radboud UMC en gespecialiseerd in Q-koorts. ‘Maar we weten van eerdere uitbraken dat de bacterie van Q-koorts ook met de wind mee kan drijven, om kilometers verderop mensen te besmetten.’
Rovers raadt huisartsen in de omgeving aan om hier alert op te zijn. ‘Bij griepachtige klachten is het wijs om te testen op besmetting met Q-koorts. Als je er vroeg bij bent, kun je het goed behandelen met antibiotica.’
Wat kan de bacterie van Q-koorts aanrichten bij mensen?
Voor zover bekend vond in 2007 de eerste uitbraak van Q-koorts bij mensen in Nederland plaats. In de jaren daarna vonden artsen zo’n vierduizend besmettingen, al wijst Rovers erop dat wanneer je kijkt naar antistoffen in het bloed vele tienduizenden Nederlanders besmet zijn geraakt.
Zo’n 60 procent merkt amper iets van een infectie. Bij de rest kunnen klachten ontstaan als koorts, hoofdpijn of een longontsteking. Bij ongeveer 2 procent van de besmettingen ontstaat een chronische Q-koortsinfectie, een ernstige ziekte waarbij complicaties aan hartkleppen en vaten zich kunnen voordoen, die zelfs de dood tot gevolg kunnen hebben.
En dan is er nog het risico op chronische vermoeidheid. ‘Van de groep die er ziek van wordt, blijft zo’n 20 procent met Q-koortsvermoeidheidssyndroom worstelen. Hun klachten zijn erg vergelijkbaar met die van longcovidpatiënten. Momenteel kan de medische wetenschap weinig voor deze groep betekenen, maar we hopen dat de Q-koortspatiënten zullen profiteren van de onderzoeken die nu lopen naar de behandeling van long covid.’
Bron: Volkskrant 25-04-2024(voor abonnee’s)